Stop navigatie
Ik ga schrijven.
Ik ga de Invullen (1): JXUwMDNmJXUwMDAyJXUwMDExJXUwMDE1JXUwMDBkJXUwMDAwJXUwMDA5JXUwMDBi van 1 tot en met 10 Invullen (2): JXUwMDJiJXUwMDEwJXUwMDBiJXUwMDFhJXUwMDFiJXUwMDAzJXUwMDFjJXUwMDEzJXUwMDBi
Ik schrijf Invullen (3): JXUwMDM3JXUwMDFm de lijn.
Ik Invullen (4): JXUwMDJiJXUwMDEwJXUwMDBiJXUwMDFhJXUwMDFiJXUwMDAzJXUwMDBj de 1 van boven naar Invullen (5): JXUwMDNhJXUwMDA3JXUwMDBiJXUwMDBiJXUwMDAxJXUwMDAxJXUwMDBi op de lijn.
Ik schrijf Invullen (6): JXUwMDM2JXUwMDA3JXUwMDBjJXUwMDEx boven de lijn.
Ik schrijf niet onder de Invullen (7): JXUwMDM0JXUwMDA1JXUwMDAzJXUwMDA0 .
Ik Invullen (8): JXUwMDJiJXUwMDEwJXUwMDBiJXUwMDFhJXUwMDFiJXUwMDAzJXUwMDBj op de lijn.
Ik zet een streep van Invullen (9): JXUwMDNhJXUwMDBkJXUwMDE5JXUwMDEzJXUwMDBi naar beneden, stop Invullen (10): JXUwMDM3JXUwMDFm de lijn.
De 1 is een Invullen (11): JXUwMDJiJXUwMDA3JXUwMDA2JXUwMDE3JXUwMDAwJXUwMDE1 .
Ik schrijf de 2.
Ik schrijf de 2 op Invullen (12): JXUwMDNjJXUwMDAx lijn. Invullen (13): JXUwMDExJXUwMDIy begin boven.
Ik Invullen (14): JXUwMDNhJXUwMDA3JXUwMDAyJXUwMDBlJXUwMDA3 rond, ik ga schuin naar beneden en naar rechts.
Ik Invullen (16): JXUwMDNmJXUwMDA2 de 3 schrijven.
De 3 begint boven rond.
Ik Invullen (17): JXUwMDJiJXUwMDEwJXUwMDBiJXUwMDFhJXUwMDFiJXUwMDAzJXUwMDBj de 3 rond en Invullen (18): JXUwMDJiJXUwMDA3JXUwMDFiJXUwMDFm , en nog een keer rond. Invullen (19): JXUwMDE3JXUwMDNm de lijn.
De rechte streep. De schuine streep.
Rond, het rondje.
Ik ga de 4 schrijven.
Ik begin Invullen (20): JXUwMDNhJXUwMDBkJXUwMDE5JXUwMDEzJXUwMDBi .
Recht naar beneden. Stop. Naar rechts. Een streep Invullen (21): JXUwMDM2JXUwMDBmJXUwMDAwJXUwMDEz rechts.
Stop, ik til de Invullen (22): JXUwMDI4JXUwMDE1JXUwMDBi op.
Ik begin boven recht naar beneden stop. Van boven naar beneden. Naar rechts. Til op.
De 5.
Ik Invullen (23): JXUwMDNhJXUwMDA3JXUwMDAyJXUwMDBlJXUwMDA3 boven.
Invullen (24): JXUwMDBhJXUwMDM3JXUwMDA2JXUwMDBiJXUwMDFj naar beneden, rond naar beneden. Stop.
Ik til de pen op. Ik begin boven en ga naar rechts. Een Invullen (25): JXUwMDJhJXUwMDE3JXUwMDA2JXUwMDBiJXUwMDFjJXUwMDEx streep.
De 6. Ik begin Invullen (26): JXUwMDNhJXUwMDBkJXUwMDE5JXUwMDEzJXUwMDBi .
Ik ga Invullen (27): JXUwMDJiJXUwMDEwJXUwMDBiJXUwMDFkJXUwMDFjJXUwMDA3 naar beneden ik ga rond.
De 7. Een rechte streep naar rechts, Invullen (28): JXUwMDJiJXUwMDA3JXUwMDFiJXUwMDFm .
Ik Invullen (29): JXUwMDJjJXUwMDFkJXUwMDA1 de pen niet op. Schuin naar beneden. De 7.
De 8. Ik schrijf een Invullen (30): JXUwMDJhJXUwMDFkJXUwMDAxJXUwMDBhJXUwMDBlJXUwMDBm .
Ik ga naar Invullen (31): JXUwMDM0JXUwMDA1JXUwMDA3JXUwMDA1JXUwMDE4 , rond naar boven.
Ik ga naar boven rond naar Invullen (32): JXUwMDJhJXUwMDE3JXUwMDA2JXUwMDBiJXUwMDFjJXUwMDA3 . Stop.
De 9. Ik schrijf een Invullen (33): JXUwMDJhJXUwMDFkJXUwMDAxJXUwMDBhJXUwMDBlJXUwMDBm , naar links.
Naar boven, stop, schuin naar Invullen (34): JXUwMDNhJXUwMDA3JXUwMDBiJXUwMDBiJXUwMDAxJXUwMDAxJXUwMDBi .
Ik schrijf de 10. De tien is de 1 en de 0 samen. De 0 is een Invullen (35): JXUwMDJhJXUwMDFkJXUwMDAxJXUwMDBhJXUwMDBlJXUwMDBm .
De 1 is een rechte streep.
De 10 is de 1 en de 0 Invullen (36): JXUwMDJiJXUwMDEyJXUwMDBjJXUwMDA4JXUwMDBi .
De getallen Invullen (37): JXUwMDJlJXUwMDE3JXUwMDBm 1 Invullen (38): JXUwMDJjJXUwMDFiJXUwMDFi 10.
Dit is een oefening. Schrijf de getallen. Doe de Invullen (39): JXUwMDM3JXUwMDBhJXUwMDAzJXUwMDAzJXUwMDBiJXUwMDA3JXUwMDA3JXUwMDA5 .
Oefen de getallen. Schrijf de Invullen (40): JXUwMDNmJXUwMDAyJXUwMDExJXUwMDE1JXUwMDBkJXUwMDAwJXUwMDA5JXUwMDBi .
Ik Invullen (41): JXUwMDM3JXUwMDBhJXUwMDAzJXUwMDAzJXUwMDBi met schrijven.
De Invullen (42): JXUwMDNmJXUwMDAyJXUwMDExJXUwMDE1JXUwMDBkJXUwMDAwJXUwMDA5JXUwMDBi staan op de lijn.
De lijn is lang. De streep is kort.
Dit potlood is Invullen (43): JXUwMDM0JXUwMDBkJXUwMDBmJXUwMDA5 . Dit potlood is kort.
De lijn van links naar rechts.
De streep van links naar rechts, de streep van boven naar beneden. Ik zet een lijn van boven naar beneden.
Ik zet de lijn, ik schrijf de getallen. Ik zet de streep.
Ik schrijf het Invullen (44): JXUwMDNmJXUwMDAyJXUwMDExJXUwMDE1JXUwMDBk .
Ik zet een rondje.
ik zet een kruisje. Invullen (45): JXUwMDEwJXUwMDJkJXUwMDEx kruisje.
Ik ga in mijn schrift schrijven. Het schrift. Ik schrijf de 4.
Ik Invullen (46): JXUwMDJjJXUwMDFkJXUwMDA1 de pen Invullen (47): JXUwMDM3JXUwMDFm . De 4. Dit de Invullen (48): JXUwMDI4JXUwMDA1JXUwMDFiJXUwMDFh van de pen.
Ik til de punt van de pen op.
Ik zet een streep, van boven naar beneden. Van beneden naar boven.
Van boven naar beneden. Ik til de punt niet op.
De punt blijft op het Invullen (49): JXUwMDI4JXUwMDExJXUwMDExJXUwMDE5JXUwMDBjJXUwMDE3 .
De punt van de pen, de punt van het potlood. De punt van de neus. De neus.
De punt van de tong. De tong.
Ik zeg de ‘n’ van neus. Kijk naar mijn tong. De punt van de Invullen (50): JXUwMDJjJXUwMDFiJXUwMDAxJXUwMDA5 is naar boven. ‘n’.
De punt van de tong is achter de tanden.
De punt van de tong is Invullen (51): JXUwMDM5JXUwMDAyJXUwMDBiJXUwMDFjJXUwMDExJXUwMDE3 de tanden. ‘n’
Ik zeg de ‘n’, Ik schrijf de ‘n’. Ik schrijf de ‘n’.
De punt van de pen Invullen (52): JXUwMDNhJXUwMDBlJXUwMDA1JXUwMDAzJXUwMDBjJXUwMDEy op het papier. Ik til de punt niet op.
Ik schrijf de 2. De punt blijft op het papier.
Ik til de punt niet op.
Ik til de stoel op. Ik til op.
Ik Invullen (53): JXUwMDM0JXUwMDAzJXUwMDAwJXUwMDFm naar de deur, ik Invullen (54): JXUwMDIyJXUwMDFmJXUwMDEx de stoel neer. De stoel staat bij Invullen (55): JXUwMDNjJXUwMDAx deur.
Ik loop Invullen (56): JXUwMDM2JXUwMDBmJXUwMDAwJXUwMDEz de tafel. De stoel blijft bij de deur.
JavaScript Inschakelen