Stop navigatie

Spraakkunst

Werkwoorden

 oefenen 

 blijven 

 optillen 

 beginnen 

ik oefen ik blijf ik til op ik begin
jij oefent jij blijft jij tilt op jij begint
 of  hij oefent /  zij oefent hij of zij (ze) oefent hij / zij tilt op  hij / zij begint

wij of we

wij oefenen wij blijven wij tillen op wij beginnen

 jullie

jullie oefenen jullie blijven jullie tillen op jullie beginnen

 Zij of ze

zij oefenen zij/ze blijven zij/ze tillen op zij/ze beginnen